Dit artikel verscheen op Hebban op 9 november 2019.
Op 3 november dit jaar werd de Europese Literatuurprijs 2019 uitgereikt voor het boek 'Onder de Drachenwand' van Arno Geiger en vertaler Wil Hansen. Dit is een jaarlijkse Nederlandse prijs voor de best vertaalde roman uit een Europese taal in het Nederlands en een van de weinige literaire prijzen (de enige?) die zowel auteur als vertaler bekroont. Is een plek op de cover niet terecht voor de bijdrage die vertalers leveren aan een boek? Nathalie interviewde vier vertalers over het vertaalproces, hun achtergrond en hoe de romans die zij uiteindelijk vertalen bij hen terechtkomen. In het eerste deel komen Jolande van der Klis (Nederland) en Luk Van Haute (België) aan bod, in het tweede deel Isabel Hessel (Duitsland-België) en Marcel Otten (Nederland-Portugal).
Jolande van der Klis, geboren in Amsterdam, deed eerst een conservatoriumopleiding blokfluit en studeerde daarna Muziekwetenschap in Utrecht. Jarenlang was ze werkzaam als muziekjournalist: voor Tijdschrift Oude Muziek, voor de Volkskrant, voor de Groene Amsterdammer, en in publicaties van onder andere Holland Festival, De Nederlandse Opera en Vredenburg. In twee boeken beschreef ze de opkomst van de oude-muziekbeweging in Nederland, in 2014 gevolgd door haar biografie van ensemble Camerata Trajectina. De laatste jaren ontwikkelt Van der Klis zich steeds meer tot vertaler. In 2016 verscheen haar vertaling van De havik van T.H. White. In 2019 mocht ze een tweede vertaling van Whites werk leveren: Arthur, de koning van eens en ooit, over de legendarische koning en zijn ridders van de Ronde Tafel.
Luk Van Haute is een Japan-expert, kenner van Japanse film en vertaler van Japanse auteurs, onder wie Haruki Murakami. Hij studeerde Japanologie aan de Universiteit van Gent en Vergelijkende Cultuur en Literatuur aan de Universiteit van Tokio. Hij verbleef vele jaren in Japan als werknemer van een Japanse filmproducent, als toerist, academicus, journalist, tolk en literair vertaler, terwijl hij regelmatig bijdragen instuurde voor kranten, tijdschriften, radio en televisie over de Japanse cultuur en maatschappij. Voor een anthologie die hij samenstelde en vertaalde onder de titel Liefdesdood in Kamara en andere Japanse verhalen won hij de Filter Vertaalprijs van 2015. Hij is ook auteur van het non-fictie boek Japan. Schetsen uit het leven (Lannoo, 2019), gebaseerd op ruim dertig jaar ontmoetingen, ervaringen en belevenissen.
Waarom ben jij romans gaan vertalen? Ben je er ingerold of was het een bewuste keuze?
Jolande: ‘Mijn verhaal over hoe ik vertaler ben geworden is atypisch. Ik ben opgeleid als musicoloog en heb lang als muziekjournalist gewerkt. Toen ik werd ontslagen, ben ik om mezelf door die eerste ontreddering heen te helpen een boek gaan vertalen dat ik als veertienjarige had gelezen: The Goshawk van T.H. White. Ik vond dat boek fascinerend, maar had destijds al sterk het gevoel dat er iets niet helemaal klopte aan de Nederlandse vertaling. Omdat er nooit een nieuwe vertaling was verschenen – het ís ook een lastig boek, met een heleboel termen en beschrijvingen uit de valkerij en daarnaast allerlei onnavolgbare literaire uitbarstingen – leek het me net een klusje voor mij. Ik had al veel over de valkerij gelezen en ben ook nogal een puzzelaar. En omdat ik in mijn vorige werk al veel vertaalervaring had opgedaan en een bevriende vertaler zo aardig was om over mijn schouder mee te lezen, leek het eindresultaat niet verkeerd. Ik heb er toen enige tijd mee geleurd bij uitgevers, tot ik zag dat Athenaeum werk maakte van nieuwe vertalingen van bijvoorbeeld Jane Austen. Zo zijn De havik en ik daar in 2017 terechtgekomen.’
Kies jij zelf de romans die je wilt vertalen? Ga je op zoek naar romans die jou interesseren, of word jij gecontacteerd door uitgeverijen of auteurs die een vertaling wensen? En hoe word je een vaste vertaler van een bepaalde auteur?
Jolande: ‘Na De havik vroeg Athenaeum me om ook van White’s meesterwerk The Once and Future King over koning Arthur en zijn ridders van de Ronde Tafel een nieuwe vertaling te maken. Daar heb ik uiteraard geen nee tegen gezegd. Het was een geweldige klus, in beide betekenissen van het woord, niet het minst vanwege de curieuze zijpaden die White bewandelt en de specialistische kennis die voor dat boek vereist is. Ik heb twee jaar aan Arthur, de koning van eens en ooit gewerkt. Of ik nog meer van deze auteur ga vertalen, is de vraag. Hij heeft veel geschreven in allerlei genres, maar ook een aantal hilarische missers op zijn naam staan. Er is nog niets besloten, maar ondertussen denk ik ook na over andere auteurs.'
Op 3 november dit jaar werd de Europese Literatuurprijs 2019 uitgereikt voor het boek 'Onder de Drachenwand' van Arno Geiger en vertaler Wil Hansen. Dit is een jaarlijkse Nederlandse prijs voor de best vertaalde roman uit een Europese taal in het Nederlands en een van de weinige literaire prijzen (de enige?) die zowel auteur als vertaler bekroont. Is een plek op de cover niet terecht voor de bijdrage die vertalers leveren aan een boek? Nathalie interviewde vier vertalers over het vertaalproces, hun achtergrond en hoe de romans die zij uiteindelijk vertalen bij hen terechtkomen. In het eerste deel komen Jolande van der Klis (Nederland) en Luk Van Haute (België) aan bod, in het tweede deel Isabel Hessel (Duitsland-België) en Marcel Otten (Nederland-Portugal).
Jolande van der Klis
Jolande van der Klis, geboren in Amsterdam, deed eerst een conservatoriumopleiding blokfluit en studeerde daarna Muziekwetenschap in Utrecht. Jarenlang was ze werkzaam als muziekjournalist: voor Tijdschrift Oude Muziek, voor de Volkskrant, voor de Groene Amsterdammer, en in publicaties van onder andere Holland Festival, De Nederlandse Opera en Vredenburg. In twee boeken beschreef ze de opkomst van de oude-muziekbeweging in Nederland, in 2014 gevolgd door haar biografie van ensemble Camerata Trajectina. De laatste jaren ontwikkelt Van der Klis zich steeds meer tot vertaler. In 2016 verscheen haar vertaling van De havik van T.H. White. In 2019 mocht ze een tweede vertaling van Whites werk leveren: Arthur, de koning van eens en ooit, over de legendarische koning en zijn ridders van de Ronde Tafel.
Luk Van Haute
Foto (c) Nippon Connection
Waarom ben jij romans gaan vertalen? Ben je er ingerold of was het een bewuste keuze?
Jolande: ‘Mijn verhaal over hoe ik vertaler ben geworden is atypisch. Ik ben opgeleid als musicoloog en heb lang als muziekjournalist gewerkt. Toen ik werd ontslagen, ben ik om mezelf door die eerste ontreddering heen te helpen een boek gaan vertalen dat ik als veertienjarige had gelezen: The Goshawk van T.H. White. Ik vond dat boek fascinerend, maar had destijds al sterk het gevoel dat er iets niet helemaal klopte aan de Nederlandse vertaling. Omdat er nooit een nieuwe vertaling was verschenen – het ís ook een lastig boek, met een heleboel termen en beschrijvingen uit de valkerij en daarnaast allerlei onnavolgbare literaire uitbarstingen – leek het me net een klusje voor mij. Ik had al veel over de valkerij gelezen en ben ook nogal een puzzelaar. En omdat ik in mijn vorige werk al veel vertaalervaring had opgedaan en een bevriende vertaler zo aardig was om over mijn schouder mee te lezen, leek het eindresultaat niet verkeerd. Ik heb er toen enige tijd mee geleurd bij uitgevers, tot ik zag dat Athenaeum werk maakte van nieuwe vertalingen van bijvoorbeeld Jane Austen. Zo zijn De havik en ik daar in 2017 terechtgekomen.’
'Ik vond dat boek fascinerend, maar had destijds al sterk het gevoel dat er iets niet helemaal klopte aan de Nederlandse vertaling.' - Jolande van der Klis over T.H. White's De havikLuk: ‘De interesse voor taal en literatuur was er altijd al, maar de keuze voor Japans was eerder toevallig. Mijn debuut als literair vertaler kwam voort uit een proefschrift over het vroege werk van Kenzaburo Oe. Dankzij de Nobelprijs in 1994 was de uitgever geïnteresseerd in publicatie van novellen (Seventeen & Homo sexualis) die ik voor dat proefschrift had vertaald. Een gelukkige samenloop van omstandigheden dus. De verkoopcijfers (en dus ook inkomsten) vielen tegen, zodat het bijna 10 jaar duurde voor er een tweede vertaling kwam (Schoonheid en verdriet van Yasunari Kawabata, de andere Japanse Nobelprijswinnaar). Inmiddels was het Vlaams Fonds der Letteren (nu Literatuur Vlaanderen, red.) opgericht, zodat ik projectbeurzen kon krijgen, wat het (net) leefbaar maakt.’
Kies jij zelf de romans die je wilt vertalen? Ga je op zoek naar romans die jou interesseren, of word jij gecontacteerd door uitgeverijen of auteurs die een vertaling wensen? En hoe word je een vaste vertaler van een bepaalde auteur?
Jolande: ‘Na De havik vroeg Athenaeum me om ook van White’s meesterwerk The Once and Future King over koning Arthur en zijn ridders van de Ronde Tafel een nieuwe vertaling te maken. Daar heb ik uiteraard geen nee tegen gezegd. Het was een geweldige klus, in beide betekenissen van het woord, niet het minst vanwege de curieuze zijpaden die White bewandelt en de specialistische kennis die voor dat boek vereist is. Ik heb twee jaar aan Arthur, de koning van eens en ooit gewerkt. Of ik nog meer van deze auteur ga vertalen, is de vraag. Hij heeft veel geschreven in allerlei genres, maar ook een aantal hilarische missers op zijn naam staan. Er is nog niets besloten, maar ondertussen denk ik ook na over andere auteurs.'
'Doorgaans zijn het de uitgevers die een boek kiezen en dan op zoek gaan naar een vertaler. Als ze tevreden zijn, vragen ze je opnieuw en anders niet natuurlijk.' - vertaler Luk Van HauteLuk: ‘Aanvankelijk deed ik weleens suggesties, maar dat bleek naïef. Doorgaans zijn het de uitgevers die een boek kiezen en dan op zoek gaan naar een vertaler. Als ze tevreden zijn, vragen ze je opnieuw en anders niet natuurlijk. Voor Murakami zijn we met drie, maar dat komt door de grote inhaalbeweging bij Atlas destijds, waardoor er elk halfjaar een nieuw boek in de winkel moest liggen. Behalve Murakami zijn er tegenwoordig trouwens nauwelijks Japanse auteurs van wie echt een oeuvre wordt vertaald. (Vroeger gebeurde het wel nog, bij Tanizaki, Mishima...)’
Het vertaalproces
Heb je het boek al volledig gelezen voor je de eerste tekst begint te vertalen, of begin je er onmiddellijk aan zonder het te hebben gelezen? Weet je vooraf waarop je moet letten?
Jolande: ‘Ik richt me niet op nieuwe literatuur, omdat die vaak snel in de winkel moet liggen en ik gewoon de ervaring mis om iets vlot én naar tevredenheid af te leveren. Ik lees veel Engelse literatuur uit het interbellum, ook boeken die ik al ken en die soms al eerder vertaald zijn. Ik moet het gevoel hebben dat ik er niet alleen wat mee kan, maar er als vertaler ook wat aan kan bijdragen, zodat een nieuw publiek het boek opnieuw kan omarmen. Je moet het idioom van een auteur doorgronden en er een equivalent voor verzinnen dat de auteur recht doet én aansluit bij het taalgebruik van nu. Dat is ook een deel van dat puzzelelement dat mij in het vertalen zo aanstaat.’
Luk: ‘Ik ga het boek eerst helemaal lezen, ja, om de personages te leren kennen, het register in te schatten en dergelijke. Door de grote culturele en linguïstische afstand is mijn eerste versie heel ruw. Pas in volgende versies denk ik aan de puur literaire aspecten.’
Van hoeveel belang is de kennis van de culturele achtergrond en het land van herkomst van de brontaal voor de beoefening van jouw beroep?
Luk: ‘Die is heel belangrijk. Ik heb hierover een langere bijdrage geschreven voor het recente boek over literair vertalen Alles verandert altijd. Perspectieven op literair vertalen. Om die reden is het werken via een Engelse tussenvertaling (wat helaas nu en dan nog gebeurt) volkomen idioot. De Nederlandse vertaler van die Engelse tekst heeft geen kennis van de Japanse cultuur, met rampzalige gevolgen.’
Jolande, hoe check je bepaalde dingen als je verhalen uit de oudheid of andere periodes vertaalt? Ga je op onderzoek uit naar hoe iets het best in het Nederlands wordt omgezet?
Jolande: ‘Altijd uitspitten tot op de bodem is mijn devies, ook al komt daarvan in je vertaling soms niets of nauwelijks iets terecht. Ik ga niet altijd alles haarfijn uitleggen, maar voor de juiste formulering is het altijd belangrijk dat jij als vertaler wél precies weet hoe het zit. Soms leverde het speurwerk trouwens zulke leuke verhalen op, dat ik het niet heb kunnen nalaten die in een verklarende woordenlijst achterin het boek te verwerken.
Luk, Hoe maak je van talen die verder afstaan van onze taal zoals het Japans vlot leesbaar Nederlands?
Luk: ‘Ik probeer ondanks de afstand toch zo dicht mogelijk bij de brontekst te blijven en de stijl van de auteur te respecteren, zonder dat de leesbaarheid eronder lijdt. In het stuk over verre culturen en het vertalen van realia, geef ik enkele voorbeelden van moeilijke gevallen in het vertalen van Japans naar Nederlands. ‘
De positie van de vertaler
Is er voldoende aandacht voor de positie van de literaire vertaler door bijvoorbeeld sectororganisaties? Welke organisaties kunnen beurzen uitreiken?
Jolande: ‘Omdat ik op zo’n ongebruikelijke manier in het vertalersvak ben beland, en dat feestelijke gevoel lang heeft aangehouden, heb ik me over de verdiensten eerder niet erg druk gemaakt. Maar het begint nu wel een knellend probleem te worden, vooral omdat mijn tempo bij dit soort puzzelklussen, die kennelijk juist voor mij zijn weggelegd, wel altijd laag zal blijven. Ik vrees dus dat ik mij zal moeten begeven in de slag om de schaarse vertalersbeurzen en daar zie ik niet naar uit.’
Luk, hoe ga jij om met de regionale taalverschillen tussen het (Noord-)Nederlands en het Vlaams? Hoe hard kan je op je strepen staan om jouw vertaling te behouden zoals jij het hebt bedoeld?
Luk: ‘De uitgever is mijn cliënt, en ik schik me naar de wensen van de cliënt, zo pragmatisch moet je wel zijn. Ik vermijd dus Vlaamse uitdrukkingen of aanvaard dat ze worden verwijderd als ze toch in mijn manuscript sluipen. Maar ik aanvaard niet dat ze worden vervangen door typisch ‘Hollandse’ woorden of uitdrukkingen, die ik zelf niet of nauwelijks ken. Ik moet wel mijn eigen stem blijven herkennen.’
Lees ook het tweede artikel in deze reeks met Isabel Hessel en Marcel Otten.
Relevante links
Heb je het boek al volledig gelezen voor je de eerste tekst begint te vertalen, of begin je er onmiddellijk aan zonder het te hebben gelezen? Weet je vooraf waarop je moet letten?
Jolande: ‘Ik richt me niet op nieuwe literatuur, omdat die vaak snel in de winkel moet liggen en ik gewoon de ervaring mis om iets vlot én naar tevredenheid af te leveren. Ik lees veel Engelse literatuur uit het interbellum, ook boeken die ik al ken en die soms al eerder vertaald zijn. Ik moet het gevoel hebben dat ik er niet alleen wat mee kan, maar er als vertaler ook wat aan kan bijdragen, zodat een nieuw publiek het boek opnieuw kan omarmen. Je moet het idioom van een auteur doorgronden en er een equivalent voor verzinnen dat de auteur recht doet én aansluit bij het taalgebruik van nu. Dat is ook een deel van dat puzzelelement dat mij in het vertalen zo aanstaat.’
Luk: ‘Ik ga het boek eerst helemaal lezen, ja, om de personages te leren kennen, het register in te schatten en dergelijke. Door de grote culturele en linguïstische afstand is mijn eerste versie heel ruw. Pas in volgende versies denk ik aan de puur literaire aspecten.’
Van hoeveel belang is de kennis van de culturele achtergrond en het land van herkomst van de brontaal voor de beoefening van jouw beroep?
'Zonder de juiste context in je achterhoofd kun je nooit een adequaat beeld oproepen van waar de auteur het over heeft' - JolandeJolande: ‘Achtergrondkennis is enorm belangrijk. Zonder de juiste context in je achterhoofd kun je nooit een adequaat beeld oproepen van waar de auteur het over heeft. Dat geldt niet alleen voor andere culturen, maar ook voor onze eigen, Europese cultuur van nog maar een paar decennia geleden.’
Luk: ‘Die is heel belangrijk. Ik heb hierover een langere bijdrage geschreven voor het recente boek over literair vertalen Alles verandert altijd. Perspectieven op literair vertalen. Om die reden is het werken via een Engelse tussenvertaling (wat helaas nu en dan nog gebeurt) volkomen idioot. De Nederlandse vertaler van die Engelse tekst heeft geen kennis van de Japanse cultuur, met rampzalige gevolgen.’
Jolande, hoe check je bepaalde dingen als je verhalen uit de oudheid of andere periodes vertaalt? Ga je op onderzoek uit naar hoe iets het best in het Nederlands wordt omgezet?
Jolande: ‘Altijd uitspitten tot op de bodem is mijn devies, ook al komt daarvan in je vertaling soms niets of nauwelijks iets terecht. Ik ga niet altijd alles haarfijn uitleggen, maar voor de juiste formulering is het altijd belangrijk dat jij als vertaler wél precies weet hoe het zit. Soms leverde het speurwerk trouwens zulke leuke verhalen op, dat ik het niet heb kunnen nalaten die in een verklarende woordenlijst achterin het boek te verwerken.
Luk, Hoe maak je van talen die verder afstaan van onze taal zoals het Japans vlot leesbaar Nederlands?
Luk: ‘Ik probeer ondanks de afstand toch zo dicht mogelijk bij de brontekst te blijven en de stijl van de auteur te respecteren, zonder dat de leesbaarheid eronder lijdt. In het stuk over verre culturen en het vertalen van realia, geef ik enkele voorbeelden van moeilijke gevallen in het vertalen van Japans naar Nederlands. ‘
De positie van de vertaler
Is er voldoende aandacht voor de positie van de literaire vertaler door bijvoorbeeld sectororganisaties? Welke organisaties kunnen beurzen uitreiken?
Jolande: ‘Omdat ik op zo’n ongebruikelijke manier in het vertalersvak ben beland, en dat feestelijke gevoel lang heeft aangehouden, heb ik me over de verdiensten eerder niet erg druk gemaakt. Maar het begint nu wel een knellend probleem te worden, vooral omdat mijn tempo bij dit soort puzzelklussen, die kennelijk juist voor mij zijn weggelegd, wel altijd laag zal blijven. Ik vrees dus dat ik mij zal moeten begeven in de slag om de schaarse vertalersbeurzen en daar zie ik niet naar uit.’
'Uiteraard kunnen we meer waardering (en een betere verloning) goed gebruiken.' - LucLuk: ‘Alleen dankzij de projectbeurzen van Literatuur Vlaanderen kun je van literair vertalen je hoofdberoep maken, en dan is het nog nipt. Er is ook wel steun van bijvoorbeeld Schwob of in mijn geval The Japan Foundation, maar die steun gaat naar de uitgever. Uiteraard kunnen we meer waardering (en een betere verloning) goed gebruiken.’
Luk, hoe ga jij om met de regionale taalverschillen tussen het (Noord-)Nederlands en het Vlaams? Hoe hard kan je op je strepen staan om jouw vertaling te behouden zoals jij het hebt bedoeld?
Luk: ‘De uitgever is mijn cliënt, en ik schik me naar de wensen van de cliënt, zo pragmatisch moet je wel zijn. Ik vermijd dus Vlaamse uitdrukkingen of aanvaard dat ze worden verwijderd als ze toch in mijn manuscript sluipen. Maar ik aanvaard niet dat ze worden vervangen door typisch ‘Hollandse’ woorden of uitdrukkingen, die ik zelf niet of nauwelijks ken. Ik moet wel mijn eigen stem blijven herkennen.’
Lees ook het tweede artikel in deze reeks met Isabel Hessel en Marcel Otten.
Relevante links
- Tv-interview met Luk Van Haute door Andy Fierens in opdracht van Arts Flanders Japan
- Interview Luk Van Haute met het magazine DeAuteurs
- Expertisecentrum Literair Vertalen, artikel door Luk Van Haute
- Arthur, de koning van eens en ooit in de vertaling van Jolande van der Klis in een Hebban meeleesproject
Geen opmerkingen:
Een reactie posten